Kinderen zijn speels. Kinderen zijn druktemakers. Kinderen zijn geestig. Kinderen moeten nog veel leren. Kinderen zijn donderstenen. Kinderen zijn……. Allemaal waar. Trouwens vaders, wel eens in de spiegel gekeken? Need I say more… Anyway, kinderen moeten bijgestuurd worden en dat vergt veel vaardigheden en competenties. Wij (lees: vaders) hebben daar nooit echt voor gestudeerd. Ja, soms lezen we een boekje. En ja, we waren nagenoeg allemaal bij de mannenavond van de zwangerschapsgym. Ammehoela. We doen gewoon trial and error. Zeven dagen per week. 24 uur per dag. 365 dagen per jaar.
Kompas
Een kompas. Elke vader heeft er een. Onze steun en toeverlaat. Hij hapert soms, maar dat nemen we voor lief. Bij gebrek aan beter. Het kompas helpt ons vaders als het gaat om opvoeden, bijsturen, ruimte geven, etc. Het kompas werkt intuïtief. Ervoor gestudeerd hadden we immers niet, of beter, niet echt. Intuïtief wil zeggen dat vaders hun eigen opvoedkundige gedrag ook niet altijd kunnen verklaren. We zijn ‘onbewust bekwaam’. De communicatie met het intuïtieve kompas verloopt via een onzichtbaar mannetje dat op elk moment van de dag op onze schouder zit. Hij (natuurlijk is het een HIJ) fluistert non-stop in onze oren hoe te handelen. En de grap is: we luisteren ernaar. Onvoorwaardelijk. Geen discussie. We doen gewoon wat ie zegt. Heel gek.
Maar, er zijn momenten dat ik het mannetje negeer. Soms. Dan laat ik hem maar raak tetteren. Wijs ik hem af. Steek ik m’n middelvinger naar hem op. Inwendig dan hè. Niet echt, want dat lijkt zo raar. De momenten dat ik mijn intuïtief gestuurde, didactisch bedoelde opmerkingen onderdruk, zijn de momenten dat mijn kinderen ongewenst gedrag laten zien……waarin ik mijzelf herken. Beter gezegd: als ze doen wat ik zelf vroeger ook deed.
Wippen
Voorbeeld? Mijn zoontje (9) wipt. Op z’n stoel. Hij is een enorme stoeltjeswipper. Hij doet het uit alle standen. Op de achterpoten. Op de voorpoten. Op de zijpoten. Op één poot. Hij is er ongelofelijk behendig in. Het is ongewenst gedrag omdat het link is. Omdat het de houten vloer naar de haaien helpt. Klopt. Maar toch krijg ik de corrigerende tekst die me in geschreeuwd wordt, m’n strot niet uit. Waarom? Omdat ik mezelf zie in die kleine kerel. Ook ik kon er wat van. En niet zo’n beetje ook.
Zopas, in de klas zag ik meneertje weer op twee poten zitten. Ik wilde de klas in lopen om hem te corrigeren. Het mannetje op mijn schouder had me dat luidkeels in mijn oren getetterd. Maar ik deed het niet. Met een grote grijns bleef ik in de deuropening van het klaslokaal staan. Genietend. Kijkend naar mijzelf. De meester liep voorbij de wipper en gaf hem een vermanende blik. Geen tekst. Gewoon non verbaal. Heel effectief. Het was overduidelijk niet voor het eerst.
Toen ik thuis kwam en op de badkamer in de spiegel keek, zag ik mijn zoon. Hij was oud geworden. Maar stoeltjeswippen was hij nog niet verleerd.
Lees Interacties